Trudy Roffel, vanaf 2018 bestuurslid en sinds november 2020 voorzitter van het bestuur van BCMB trapt af: “Voor mij staat de komst van het Register voor Cliëntondersteuners met stip bovenaan. Dat is echt een mijlpaal. We hebben daar zó hard voor gewerkt en nu staat het register als een huis. Daarnaast ben ik trots dat we al jaren een stabiel ledenaantal hebben van 800 tot 900 leden.”
Miranda van der Hout, van ....... tot juli ‘25 lid van het bestuur, haakt hierop aan: “Je ziet inmiddels dat opdrachtgevers — zoals zorgkantoren en gemeenten — het lidmaatschap van BCMB en registratie in het register als voorwaarde stellen. Dat laat zien dat we een duidelijke bijdrage leveren aan de kwaliteitsborging van cliëntondersteuners.”
Nico Moorman, bestuurslid sinds maart 2024: “Als ik kijk naar het vak als geheel, dan is de wettelijke verankering van het recht op cliëntondersteuning een mooie mijlpaal. Dit zie ik als erkenning van het vak cliëntondersteuning. Ook de groei van het aantal organisaties die cliëntondersteuning bieden, vind ik een mooie ontwikkeling.”
“Eens, want hierdoor hebben mensen meer keuzevrijheid,” vult Trudy aan. “Veel organisaties hebben een eigen expertise, zoals Wlz, Wmo, LVB, autisme, ouderenzorg of GGZ en dus kan een inwoner kiezen uit een organisatie die aansluit bij de behoefte.”
Miranda: ”En we hebben ons de afgelopen 10 jaar veel gericht op de zichtbaarheid en onafhankelijkheid van cliëntondersteuners. Hierdoor is de bekendheid gegroeid en de vraag naar cliëntondersteuning gestegen.”
“BCMB heeft ook geholpen het beroepsprofiel duidelijker te maken. Dus de kaders, competenties en waar het vak voor staat,” vindt Saskia Bijlholt, sinds 1 juli van dit jaar bestuurslid.
Nico: “De bekendheid vergroten blijft echt een taaie klus. Ondanks een landelijke campagne, inzet op social media, deelname aan landelijke tafels en onze ambassadeurs in de regio zijn veel mensen niet bekend met cliëntondersteuning.”
Bram Cooman, sinds september 2020 bestuurslid en penningmeester van BCMB: "Ondanks dat we de afgelopen 10 jaar veel hebben gelobbyd, blijft het soms moeilijk om op tijd aangehaakt te worden bij thema’s die cliëntondersteuning raken. We zouden graag vaker en eerder in beeld moeten komen.”
“En we zijn afhankelijk van de werkgevers, zeker omdat er nog geen branchevereniging is. Al die verschillende organisaties meekrijgen — die óók hun eigen belangen hebben — maakt het ingewikkeld om cliëntondersteuning landelijk stevig op de kaart te zetten,” vult Trudy aan.
Karlijn Schölvinck, bestuurslid sinds begin februari 2023: “Tien jaar geleden had je alleen MEE en Zorgbelang als grotere spelers. Nu zijn er veel meer aanbieders én een groeiende groep zelfstandigen. Dat maakt het werkveld en dus ons ledenbestand diverser — mooi, maar ook een uitdaging voor ons als beroepsvereniging.”
“Het ledental is daardoor wel kwalitatiever geworden. Mensen worden niet meer automatisch lid via hun werkgever — ze maken nu zelf een bewuste keuze. Ze investeren in hun vak en dat vind ik dan juist een positieve ontwikkeling,” vult Bram aan.
Nico: “Een uitdaging is de discussie over reguliere cliëntondersteuning en gespecialiseerde cliëntondersteuning. Elke cliëntondersteuner krijgt met complexe situaties te maken, dus zou elke cliëntondersteuner voldoende middelen en ruimte moeten hebben om ondersteuning op maat te kunnen bieden.
Miranda: “En ook de hokjes waar nog steeds in gedacht wordt. En dat zie je helaas bij de gespecialiseerde cliëntondersteuning ook weer terug. Dat maakt het erg ingewikkeld.
Miranda: “Ik maak me ook zorgen over de visie van de zorgkantoren. Ik betwijfel of keuzes altijd ten goede komen van de inwoner. Uiteindelijk draait het altijd om geld.
Trudy: “De politiek zorgt ook voor een uitdaging. Met twee kabinetten die vrij kort achter elkaar zijn gevallen. Dat maakt dat we niet echt kunnen doorzetten, onder andere omdat de subsidieaanvraag steeds onzeker is.
Nico: “We hebben te maken met een paradox: iedere Nederlander heeft recht op onafhankelijke cliëntondersteuning, maar de financiering daarvan blijft achter. Gemeenten en zorgkantoren investeren beperkt, terwijl de politieke focus vooral op besparen ligt.”
Karlijn: “Er worden landelijk weinig knopen doorgehakt. Dat zorgt voor onrust in het hele veld. Organisaties opereren soms op eilandjes, daarom is het goed als er een branchevereniging komt. Het is belangrijk elkaar op te zoeken.”
“De personeelsschaarste wordt ook een steeds groter probleem. In sommige regio’s zijn er geen mensen beschikbaar. Mensen die een maand zonder huishoudelijke hulp zitten, is geen uitzondering. Daar maak ik me zorgen over.”
Nico: “Het verschuiven van zorgtaken naar het eigen netwerk van mensen, gaat zeker impact hebben op cliënten en hun naasten, maar ook op de rol van de cliëntondersteuners.”
Karlijn: “Cliëntondersteuners bedenken vaak oplossingen die buiten de gebaande paden liggen, maar dat vraagt tijd en geld, en die zijn schaars - ook in de komende jaren.”
Nico: "Cliëntondersteuners zijn soms te braaf en mogen wat meer op de barricades staan. Niet om Zwarte Piet ergens neer te leggen, maar met de financiers om tafel en samen de oplossingen te verkennen.
Bram: ““We lopen ook tegen grenzen aan: cliëntondersteuners mogen eigenlijk niet alle gaten in het systeem dichtlopen. Het risico is dat we tekortkomingen steeds vaker gaan legitimeren.”
Trudy: “Aan het vak van cliëntondersteuner zitten zeker grenzen en daar lopen we steeds vaker tegenaan. Instanties denken te vaak: ‘de cliëntondersteuner lost het wel op’. Maar die heeft ook geen toverstafje.”
Karlijn: “Ik denk dat BCMB een grotere rol gaat spelen in de verwachtingen van cliënten en hun omgeving. Wat ze wel én niet kunnen verwachten van een cliëntondersteuner. We hebben nou eenmaal te maken met een veranderende verzorgingsstaat. Het draait straks niet alleen om zorg, maar ook om welzijn en meedoen. Een boodschap doen voor een kwetsbare buurvrouw kan net zo belangrijk zijn als een formele indicatie.”
Miranda: “Ook krijgen we meer te maken met de vergrijzing en een groeiende groep ZZP’ers. Er gaat dus kennis verloren en met ZZP’ers is het lastiger om de kwaliteit te borgen. Daarom is scholing een belangrijke taak van onze beroepsvereniging.”
Trudy: “Onafhankelijke cliëntondersteuning blijft een essentiële pijler van goede zorg. Maar we moeten verwachtingen beter managen. Wat kunnen we wél? En wat niet? Want ik ben bang dat steeds meer cliëntondersteuners het niet volhouden. Als beroepsvereniging hebben we daar een belangrijke rol in."
Nico: “Steeds meer mensen wonen thuis — ook bij complexe zorgvragen. Wij worden steeds meer ombudsman: we zoeken maatwerkoplossingen, verbinden domeinen, en kijken naar het hele leven van iemand.”
Trudy: “We kunnen dan ook stoppen in hokjes te denken. Je kunt dan iedereen ondersteunen die hulp nodig heeft. Nu moet je iedere keer maar afwachten welke indicatie iemand heeft en of een aanbieder is gecontracteerd.”
Karlijn: “De vraag is dan wel hoe je als beroepsvereniging voor de kwaliteit wilt gaan staan. Want er ontstaat meer wildgroei. Dus ik zie het als kans, maar ook als risico.”
Karlijn: “Dat we blijven bestaan als vereniging die er is voor de héle beroepsgroep — en voor kwaliteit. Een club waar je je als cliëntondersteuner graag bij aansluit. Omdat we voor je lobbyen, je ondersteunen en je sterker maken. Waar je de scholing krijgt die je nodig hebt om je kwaliteit te kunnen blijven waarborgen.”
Saskia: “Als beroepsvereniging moeten we structureel aan tafel zitten wanneer er belangrijke keuzes worden gemaakt. Dáár kunnen we signalen, knelpunten en kansen op tijd neerleggen.”
Trudy: “Continuïteit vind ik een belangrijke pijler. Hoe zorgen we dat de vereniging blijft draaien — ook met wisselingen in het bestuur en de organisatie.”
Bram: “Ik zie de complexiteit van de regelingen niet afnemen en de financiering niet toenemen, dus we gaan een lastige periode tegemoet. We zullen dus moeten gaan nadenken over andere vormen van financiering om onze positie te behouden.”
Trudy: “Domeinoverstijgend werken en de bescherming van het beroep.”
Karlijn: “Ik sluit me aan bij de wensen van Trudy en wil graag een eenduidig uurtarief.”
Bram: “Landelijke financiering van cliëntondersteuning.”
Nico: “Structurele borging van gespecialiseerde cliëntondersteuning in een landelijke, uniforme, onafhankelijke, domeinoverstijgende regeling. En met een structurele financiering.”
Saskia: "Mijn grootste wens is dat dit mooie vak blijft bestaan, dat iedereen het weet te vinden er aanspraak op kan maken."
Benieuwd naar het onderzoek dat de Universiteit voor Humanistiek deed in opdracht van BCMB? Het hele rapport vind je hier!